Les devoirs pour la 2ème semaine, 2ème cours
A faire:
Je huiswerk voor de aankomende week bestaat uit twee delen:
1. Je filmscript
Je gaat thuis een eerste opzet maken voor je filmscript. Zorg dat je de volgende punten verwerkt in je aantekeningenschrift:
1. Je vertelt hoe je heet.
2. Je zegt hoe oud je bent.
3. Je vertelt waar je woont.
4. Je vertelt wat je hobby's zijn.
5. Je vertelt met wie je in huis woont en hoe oud ze zijn. Dit kunnen zijn: je (stief)vader, je (stief)moeder/je broer/je zus/je kat/je hond/je goudvis.
Hou er rekening mee dat je lidwoorden die je hebt geleerd goed toepast in je script! Maak ook gebruik van de woorden en zinnenlijst die je van de docent hebt gekregen! Je kunt, om zinnen en woorden te vinden, ook gebruik maken van je Carte Orange werkboek en tekstboek.
2. Les verbes être et avoir
Je hebt in de afgelopen les kennis gemaakt met de werkwoorden être en avoir. IN de volgende les ga je werken met être én avoir samen. Het is dan handig om goed te weten wat de verschillende vormen betekenen.
Maak daarvoor onderstaande opdrachten.
Mocht je nu niet meer precies weten hoe deze werkwoorden gingen, bekijk dan nogmaals onderstaand filmpje: