Les devoirs pour la 3ème semaine, 2ème cours
A faire et à apprendre:
De volgende les heb je een huiswerkoverhoring. Wat moet je precies weten?
- Werkwoorden die hieronder nogmaals vermeld zijn in de passé composé
- Voorzetsels van landen en plaatsen (dus ook de landennamen)
- Bijvoeglijknaamwoord met de uitzonderingen (ook hun plaats voor of achter het
zelfstandig naamwoord!)
Je vinkt de volgende werkwoorden aan in het schema en als tijd, de Passé Composé:
être
avoir
prendre
aller
regarder
faire
visiter
nager
dormir
partir
Heb je nog erg veel moeite met het begrijpen van het bijvoeglijknaamwoord, maak dan nog de extra onderstaande opdrachten!