Explication cours 1ère semaine
De leerlingen starten deze week met hun project 'mes vacances d'été'. Dit project zal rond de 5 weken duren met een duidelijk, gezamenlijk einddoel.
Nu kan het natuurlijk gebeuren dat een les uitvalt wegens ziekte van de docent. Het voordeel van dit project is dat
de leerlingen thuis de meeste stof kunnen voortzetten. Alleen in het geval van groepsopdrachten of in te leveren documenten is de aanwezigheid van een docent dan toch wel gewenst. Natuurlijk kun je in een dergelijke situatie de leerlingen laten werken aan een andere opdracht uit een andere week. Er zijn immers veel grammatica oefeningen die zij kunnen maken zonder de uitleg van de docent. Deze uitleg is namelijk in het project verwerkt.
Benodigdheden
en programma voor week 1:
Computers voor alle leerlingen!
Beamer
Computer voor docent
Boxen in het
lokaal
Aantekeningenschrift voor leerlingen
Oortjes voor de luisterfragmenten
LES 1: De leerlingen nog niet meteen laten inloggen!!!
Je zult deze 1e les van het jaar ongetwijfeld starten met het voorstellen van de leerlingen! Zorg er wel voor dat dit niet langer dan 10 minuten duurt! Omdat het het 2e leerjaar is, zou je leerlingen elkaar kunnen laten voorstellen in het Frans.
LET OP: Laat de leerlingen nog NIET inloggen!!! Wel hebben ze hun aantekeningenschrift nodig en een pen!
Begin de les met een 'starter' door een nummer over de vakantie te laten horen met de tekst erbij en geef ze de volgende luisteropdracht mee:
1) waar gaat het liedje over?
2) zijn er woorden die je al herkent uit de tekst van het liedje? Zo ja, schrijf ze op in je aantekeningenschrift
Nu kan het natuurlijk gebeuren dat een les uitvalt wegens ziekte van de docent. Het voordeel van dit project is dat
de leerlingen thuis de meeste stof kunnen voortzetten. Alleen in het geval van groepsopdrachten of in te leveren documenten is de aanwezigheid van een docent dan toch wel gewenst. Natuurlijk kun je in een dergelijke situatie de leerlingen laten werken aan een andere opdracht uit een andere week. Er zijn immers veel grammatica oefeningen die zij kunnen maken zonder de uitleg van de docent. Deze uitleg is namelijk in het project verwerkt.
Benodigdheden
en programma voor week 1:
Computers voor alle leerlingen!
Beamer
Computer voor docent
Boxen in het
lokaal
Aantekeningenschrift voor leerlingen
Oortjes voor de luisterfragmenten
LES 1: De leerlingen nog niet meteen laten inloggen!!!
Je zult deze 1e les van het jaar ongetwijfeld starten met het voorstellen van de leerlingen! Zorg er wel voor dat dit niet langer dan 10 minuten duurt! Omdat het het 2e leerjaar is, zou je leerlingen elkaar kunnen laten voorstellen in het Frans.
LET OP: Laat de leerlingen nog NIET inloggen!!! Wel hebben ze hun aantekeningenschrift nodig en een pen!
Begin de les met een 'starter' door een nummer over de vakantie te laten horen met de tekst erbij en geef ze de volgende luisteropdracht mee:
1) waar gaat het liedje over?
2) zijn er woorden die je al herkent uit de tekst van het liedje? Zo ja, schrijf ze op in je aantekeningenschrift
Na de starter laat je de leerlingen inloggen en naar de website gaan. Ze gaan naar het 2e leerjaar en kiezen hun niveau. Dan klikken ze op 'Projet 'Mes vacances d'été' Laat de leerlingen zien wat er in de aankomende periode van ze verwacht wordt. Wees vooral duidelijk met de beoordeling van het project!
Laat de leerlingen vervolgens naar de 1e lesweek gaan in hun programma.
1e opdracht:
De eerste opdracht die ze moeten doen is individueel. Ze bedenken zoveel mogelijk woorden/zinnen die te maken hebben met de vakantie. Het liefste natuurlijk met de lidwoorden! (2min)
Deel de groep vervolgens even in viertallen en zet ze achter 1 computer. (je kunt de rest open laten staan). 1 leerling beheert de computer.
Ga zelf alvast naar de woordspin. Je hoeft alleen maar op 'start brainstorming' te klikken en typt 'mes vacances d'été' in. Daarna kun je met je muis wolkjes maken om nieuwe woorden aan vast te maken. Ze delen nu in groepjes hun ideeën door hetzelfde te doen als jouw voorbeeld. (5 min.)
Hierop kunnen ze hun eigen mindmap/woordroos maken.
Zet iedereen weer achter zijn eigen computer en bespreek met de hele klas de bevindingen van iedereen door ze op de beamer erin te typen. Hierdoor ontstaat een digitale woordroos.
2e opdracht:
Laat iedereen de leesopdracht maken met de bijbehorende vragen. (ongv.20 min.)
Bespreek de leesopracht na en probeer alvast even te kijken hoeveel leerlingen het niet zo goed hebben gedaan. Dit is wel belangrijk omdat de passé composé er heel veel in terugkomt!
Haal met de klas zoveel mogelijk woorden en zinnen uit de tekst die lastig zijn. Deze kun je namelijk ook gebruiken voor de huiswerkoverhoring van week 2, de tweede les.
Ga vervolgens met de leerlingen naar het huiswerk voor de 2e les van deze 1e week. Laat in een Wordocument zien hoe je twee kolommen maakt, zodat de leerlingen in de linkerkolom Nederlandse woorden (MET lidwoord bij een zelfstandignaamwoord) zetten en in de rechterkolom de Franse woorden. Ze moeten dus zelf aan de slag met het zoeken naar woorden die over de vakantie gaan. Leg ze ook uit hoe ze het inleverformulier moeten invullen en versturen.
Evaluation: (5 min)
Laat ze in hun aantekeningenschrift achterin évaluation 1er cours opschrijven en zet onderstaande vragen op de beamer:
Wat heb je deze les eigenlijk al allemaal onthouden?
Wat vond je leuk aan de les?
Wat vond je minder leuk?
Mocht er nu nog tijd over zijn, dan kunnen ze hun woordenlijst alvast gaan maken! Ze kunnen gebruik maken van internet met google. (dit kun je ze ook laten zien door vocabulaire vacances in te typen bij google)
LES 2:
Vóór de les: Je krijgt een grote hoeveelheid worddocumenten van de leerlingen met hun eigen woorden en zinnen. Maak daarvan een selectie van tenminste 50 woorden en 5 zinnen. Deze moeten ze namelijk leren voor de HO van week 2, les 2. Print de lijst uit en kopieer hem voor de leerlingen. Het is ook raadzaam de lijst op It's learning te zetten door een vak aan te maken van je klas met de leerlingen. Op die manier kan iedereen er altijd bij én kun je nog een herinnering sturen naar diegene die het niet bijtijds hebben ingeleverd. Daarnaast is het ook handig om de lijst in magister te zetten bij de datum waarop je de HO wil gaan geven.
Ook is het handig om voor de les alvast een account aan te maken bij https://noteapp.com. Dit is gratis en daarmee werk je in les 2 door de leerlingen hun bevindingen van de passé composé te laten verzamelen op een digitale post-it. Die post-it komt namelijk op jouw corkboard binnen op het moment dat je ze de juiste link geeft. (dit kan per email naar de leerlingen)
Tijdens de les: De leerlingen hoeven nog niet in te loggen!
Je deelt de lijst met woorden en zinnen uit en geef de juiste datum op voor de HO door dit op de beamer in magister te laten zien. Zorg ervoor dat de leerlingen het opschrijven in hun agenda! Bespreekt de lijst met de leerlingen voor de juiste uitspraak.
Laat de leerlingen inloggen en naar de tweede les gaan van de 1e week.
1e opdracht:
Laat de leerlingen individueel nadenken over de passé composé. Wat weten ze allemaal nog van het 1e jaar? Kunnen ze ook al werkwoorden noemen en in de passé composé zetten? (2min).
Bespreek de antwoorden met de klas en zet ze op de beamer.
Ga ondertussen zelf alvast naar de post-it pagina van corkboard en stuur de leerlingen (eventueel via it's learning, want daar had je al een groep aangemaakt) een email met de juiste link naar jouw corkboard)
2e opdracht:
Ze gaan opnieuw naar de leestoets van de 1e week. Laat ze zelf zoveel mogelijk passé composé vormen opschrijven in hun schrift en ook vertalen. (15 min.).
Verdeel de klas in groepjes van 4 of 3 en zet ze bij één computer. Leg uit hoe de leerlingen hun gezamenlijke antwoorden over de passé composé straks kunnen laten zien aan de docent en aan de klas.
De leerlingen mogen met elkaar overleggen over hun bevindingen van de passé composé. (5 min.)
Laat één leerling naar de post-it pagina gaan via zijn email, zodat ze met het groepje hun bevindingen erop kunnen zetten. (je moet het namelijk niet met 30 leerlingen laten doen, dan krijg je een overload aan post-its en kun je ze niet meer lezen op de beamer!)
Bespreek de antwoorden die zijn binnengekomen op je corkboard.
3e opdracht:
De leerlingen gaan weer individueel aan het werk. Zet op het bord/de beamer de volgende werkwoorden:
être/avoir/aller/faire/pouvoir/venir/sortir/partir/dormir/visiter/nager/voyager/prendre.
Ga met ze samen naar verbuga.eu om uit te leggen hoe ze de passé composé van deze werkwoorden kunnen oefenen.
LET OP: laat ze ongeveer 5 à 10 minuten op deze site werken, anders hebben ze niet genoeg tijd voor de overige opdrachten.
Ze maken de opdrachten van de passé composé. Mochten leerlingen al snel klaar zijn, dan kunnen ze de 'trop facile' opdrachten maken. Leerlingen die écht veel moeite hebben, kunnen thuis de 'trop difficile' opdrachten nog maken.
Ga met de leerlingen naar het huiswerk voor de 1e les van de 2e week. Leg duidelijk uit dat ze een dictee krijgen van de woordjes die ze hebben gekregen aan het begin van de les. Pas in de tweede les komt de HO. Ook is het belangrijk dat ze de passé composé nog goed oefenen. Ze kunnen daarvoor naar deze 2e les van de 1e week, daar staan immers genoeg opdrachten!
Laat de leerlingen vervolgens naar de 1e lesweek gaan in hun programma.
1e opdracht:
De eerste opdracht die ze moeten doen is individueel. Ze bedenken zoveel mogelijk woorden/zinnen die te maken hebben met de vakantie. Het liefste natuurlijk met de lidwoorden! (2min)
Deel de groep vervolgens even in viertallen en zet ze achter 1 computer. (je kunt de rest open laten staan). 1 leerling beheert de computer.
Ga zelf alvast naar de woordspin. Je hoeft alleen maar op 'start brainstorming' te klikken en typt 'mes vacances d'été' in. Daarna kun je met je muis wolkjes maken om nieuwe woorden aan vast te maken. Ze delen nu in groepjes hun ideeën door hetzelfde te doen als jouw voorbeeld. (5 min.)
Hierop kunnen ze hun eigen mindmap/woordroos maken.
Zet iedereen weer achter zijn eigen computer en bespreek met de hele klas de bevindingen van iedereen door ze op de beamer erin te typen. Hierdoor ontstaat een digitale woordroos.
2e opdracht:
Laat iedereen de leesopdracht maken met de bijbehorende vragen. (ongv.20 min.)
Bespreek de leesopracht na en probeer alvast even te kijken hoeveel leerlingen het niet zo goed hebben gedaan. Dit is wel belangrijk omdat de passé composé er heel veel in terugkomt!
Haal met de klas zoveel mogelijk woorden en zinnen uit de tekst die lastig zijn. Deze kun je namelijk ook gebruiken voor de huiswerkoverhoring van week 2, de tweede les.
Ga vervolgens met de leerlingen naar het huiswerk voor de 2e les van deze 1e week. Laat in een Wordocument zien hoe je twee kolommen maakt, zodat de leerlingen in de linkerkolom Nederlandse woorden (MET lidwoord bij een zelfstandignaamwoord) zetten en in de rechterkolom de Franse woorden. Ze moeten dus zelf aan de slag met het zoeken naar woorden die over de vakantie gaan. Leg ze ook uit hoe ze het inleverformulier moeten invullen en versturen.
Evaluation: (5 min)
Laat ze in hun aantekeningenschrift achterin évaluation 1er cours opschrijven en zet onderstaande vragen op de beamer:
Wat heb je deze les eigenlijk al allemaal onthouden?
Wat vond je leuk aan de les?
Wat vond je minder leuk?
Mocht er nu nog tijd over zijn, dan kunnen ze hun woordenlijst alvast gaan maken! Ze kunnen gebruik maken van internet met google. (dit kun je ze ook laten zien door vocabulaire vacances in te typen bij google)
LES 2:
Vóór de les: Je krijgt een grote hoeveelheid worddocumenten van de leerlingen met hun eigen woorden en zinnen. Maak daarvan een selectie van tenminste 50 woorden en 5 zinnen. Deze moeten ze namelijk leren voor de HO van week 2, les 2. Print de lijst uit en kopieer hem voor de leerlingen. Het is ook raadzaam de lijst op It's learning te zetten door een vak aan te maken van je klas met de leerlingen. Op die manier kan iedereen er altijd bij én kun je nog een herinnering sturen naar diegene die het niet bijtijds hebben ingeleverd. Daarnaast is het ook handig om de lijst in magister te zetten bij de datum waarop je de HO wil gaan geven.
Ook is het handig om voor de les alvast een account aan te maken bij https://noteapp.com. Dit is gratis en daarmee werk je in les 2 door de leerlingen hun bevindingen van de passé composé te laten verzamelen op een digitale post-it. Die post-it komt namelijk op jouw corkboard binnen op het moment dat je ze de juiste link geeft. (dit kan per email naar de leerlingen)
Tijdens de les: De leerlingen hoeven nog niet in te loggen!
Je deelt de lijst met woorden en zinnen uit en geef de juiste datum op voor de HO door dit op de beamer in magister te laten zien. Zorg ervoor dat de leerlingen het opschrijven in hun agenda! Bespreekt de lijst met de leerlingen voor de juiste uitspraak.
Laat de leerlingen inloggen en naar de tweede les gaan van de 1e week.
1e opdracht:
Laat de leerlingen individueel nadenken over de passé composé. Wat weten ze allemaal nog van het 1e jaar? Kunnen ze ook al werkwoorden noemen en in de passé composé zetten? (2min).
Bespreek de antwoorden met de klas en zet ze op de beamer.
Ga ondertussen zelf alvast naar de post-it pagina van corkboard en stuur de leerlingen (eventueel via it's learning, want daar had je al een groep aangemaakt) een email met de juiste link naar jouw corkboard)
2e opdracht:
Ze gaan opnieuw naar de leestoets van de 1e week. Laat ze zelf zoveel mogelijk passé composé vormen opschrijven in hun schrift en ook vertalen. (15 min.).
Verdeel de klas in groepjes van 4 of 3 en zet ze bij één computer. Leg uit hoe de leerlingen hun gezamenlijke antwoorden over de passé composé straks kunnen laten zien aan de docent en aan de klas.
De leerlingen mogen met elkaar overleggen over hun bevindingen van de passé composé. (5 min.)
Laat één leerling naar de post-it pagina gaan via zijn email, zodat ze met het groepje hun bevindingen erop kunnen zetten. (je moet het namelijk niet met 30 leerlingen laten doen, dan krijg je een overload aan post-its en kun je ze niet meer lezen op de beamer!)
Bespreek de antwoorden die zijn binnengekomen op je corkboard.
3e opdracht:
De leerlingen gaan weer individueel aan het werk. Zet op het bord/de beamer de volgende werkwoorden:
être/avoir/aller/faire/pouvoir/venir/sortir/partir/dormir/visiter/nager/voyager/prendre.
Ga met ze samen naar verbuga.eu om uit te leggen hoe ze de passé composé van deze werkwoorden kunnen oefenen.
LET OP: laat ze ongeveer 5 à 10 minuten op deze site werken, anders hebben ze niet genoeg tijd voor de overige opdrachten.
Ze maken de opdrachten van de passé composé. Mochten leerlingen al snel klaar zijn, dan kunnen ze de 'trop facile' opdrachten maken. Leerlingen die écht veel moeite hebben, kunnen thuis de 'trop difficile' opdrachten nog maken.
Ga met de leerlingen naar het huiswerk voor de 1e les van de 2e week. Leg duidelijk uit dat ze een dictee krijgen van de woordjes die ze hebben gekregen aan het begin van de les. Pas in de tweede les komt de HO. Ook is het belangrijk dat ze de passé composé nog goed oefenen. Ze kunnen daarvoor naar deze 2e les van de 1e week, daar staan immers genoeg opdrachten!